Geholpen door de politie

Die tabletjes werkten verkeerd. Ik wilde niet meer eten en viel soms elke dag flauw. Ik werd hartstikke mager en bleek. Ik had blauwe lippen. Ik wilde die medicijnen helemaal niet meer slikken. Toch ging ik elke keer weer naar Accare omdat mijn moeder het zo graag wilde. Ik had helemaal geen inspraak.

Verhaal van Sanne (13 jaar)


Toen ik een jaar of negen was begon het echt slecht op school te gaan. Ik kon me niet concentreren, het leren ging slecht en ik was ook vaak agressief. Mijn juf maakte zich zorgen en heeft met mijn moeder gepraat. Mijn moeder heeft toen jeugdzorg ingeschakeld. Eigenlijk wist ik van niets. Opeens moest ik naar Accare in Groningen. Daar hebben ze eerst twee keer met me gepraat en medisch onderzoek gedaan; me meten en me wegen en zo. Toen kreeg ik tabletjes. Daarna moest ik steeds weer terugkomen om te kijken hoe het ging.

Bij Accare zag ik elke keer weer nieuwe mensen. Moet weer je hele verhaal doen. En alles wat je hen in vertrouwen vertelt, vertellen ze gewoon door; tegen de psychiater maar ook tegen m’n moeder.

Die tabletjes werkten verkeerd. Ik wilde niet meer eten en viel soms elke dag flauw. Ik werd hartstikke mager en bleek. Ik had blauwe lippen. Ik wilde die medicijnen helemaal niet meer slikken. Toch ging ik elke keer weer naar Accare omdat mijn moeder het zo graag wilde. Ik had helemaal geen inspraak. Ik vond het vreselijk en heb sindsdien een ‘medicijnentrauma’.

Gelukkig had mijn moeder door dat er iets helemaal mis ging. Bij Accare vonden ze dat de bijwerkingen niet zo erg waren. Mijn moeder heeft er toen voor gezorgd dat ik kon overstappen naar Lentis. Bij Lentis werd er veel meer met me gepraat. Ik hoefde ook niet meer zoveel tabletten te slikken. Ik praat daar steeds met dezelfde persoon en daar kan ik ook goed mee praten. Bij Lentis staan ze altijd voor me klaar en ze praten normaal met je.

Het ging toen een hele tijd goed. Toen ik ongeveer elf jaar was, ging het weer mis. Ik wilde helemaal geen medicijnen meer gebruiken en deed alsof ik ze slikte. Ik had ook een paar ‘bad-ass’ vrienden. Ik ging me weer agressief gedragen en had vaak ruzie. Hiermee bedoel ik dat ik helemaal geen respect voor mensen had, ze konden zo een klap krijgen! Mijn moeder heb ik nooit geslagen, maar ik had geen respect voor haar. Ik maakte ruzie met haar zoals ik ruzie maakte met andere meiden. Ik behandelde haar als een ‘gewone vriendin’. We hadden op het laatst elke dag ruzie en uiteindelijk ben ik twee maanden bij mijn vader gaan wonen.

Ik had ruzie gehad en iemand met een tas geslagen. Die heeft bij de politie aangifte tegen me gedaan. Dat heeft de politie heel hoog opgenomen. Ik moest naar het politiebureau. Daar gedroeg ik me heel respectloos. Ik was boos en ging schelden. Toen werd de politie ook heel boos. Zij namen contact op met een Officier van Justitie en die besloot dat ik naar Halt moest. Ze hebben het heel serieus opgepakt en deden alsof ik bijna iemand vermoord had! Halt was mijn laatste kans, anders zou ik vast komen te zitten en kreeg ik een strafblad.

Hier ben ik van geschrokken en ik ben anders gaan denken over dingen. Wat ook meespeelde is dat mijn vader me kwam ophalen en ik hem zag huilen. Mijn vader dacht ook: ‘Ik raak m’n kind kwijt’. Ik vond dat heel erg. Dit wilde ik niet. De politie heeft me echt het meest geholpen. Ze hebben me bang gemaakt maar me ook wakker geschud.

Nu gaat het veel beter. Ik woon weer bij mijn moeder. Ik ben haar veel meer gaan respecteren. Zeker het laatste jaar gaat het veel beter. Ik vind dat ik op het rechte pad zit. Van mijn beste vriendin heb ik veel steun. Zij kent me, weet alles van me en weet precies wat ze tegen me moet zeggen. Dit helpt me echt.

Vroeger had ik wel hulp nodig. Nu vind ik dat ik geen hulp meer nodig heb. Zelf zou ik nu niet meer voor hulp kiezen. Ik wil die bemoeienis niet meer maar zelf alles oplossen. Ze bemoeien zich teveel met mijn zaken. Hulpverleners praten te veel over wat er vroeger gebeurd is. Dat weet ik al lang. Ik wil gewoon graag aan de toekomst werken. Ik wil ook nooit meer medicijnen slikken.

Wat ik zou willen is dat jeugdhulpverleners niet met je in zo’n hokje gaat zitten praten maar dat ze ook eens leuke dingen met kinderen gaan doen. Als ze met je in zo’n hokje gaan zitten praten ben je toch niet zoals je echt bent. Ze zouden je veel meer in je eigen omgeving moeten meemaken en bekijken. Hulpverleners moeten ook begrijpen dat ouders vaak overdrijven omdat ze er zelf helemaal klaar mee zijn.

Wat ik verder heel belangrijk vind is dat ze je nooit gelijk medicijnen moeten geven. Die maken je erg bang, vooral als je jong bent.

Ik zou wel eens met de wethouder willen praten zodat ze beter weet welke hulpverlening ze moet inkopen. Al die brieven en rapporten, laat ze maar eens echt luisteren naar wat we te vertellen hebben over wat werkt en niet.”

Interviews jongerenparticipatie gemeente Hoogezand-Sappemeer

Geef je reactie!

Je reactie is niet openbaar en we delen niets op social media.

Op het internet

  • Vraag het de politie


    Hacken, vuurwerk afsteken, vernieling, diefstal. Wat mag eigenlijk wel en niet? Voor echt alles wat je wilt weten over wat wel en niet mag in Nederland: vraag het de politie!


    Vraag het de politie


    Lorem ipsum dolor sit amet, consectetuer adipiscing elit. Aenean commodo ligula eget dolor. Aenean massa.


    Naam van persoon
    Naam van persoon

    Website Bel
  • Depressie

  • Relaties

  • Geld

  • Gezin

  • Justitie

  • Pesten

  • School

  • Seksualiteit

  • Verslaving

  • Vriendschap

  • Beperking

Nieuwsbrief

Invalid Input
Invalid Input
Invalid Input