Vakkennis is in de jeugdzorg niet het belangrijkste...

Ik was 11 jaar. Ik zat in de klas. Zoals zo vaak staarde ik naar buiten. De les trok traag aan me voorbij. Vanuit een ooghoek zag ik meneer Hove in de gang, de afdelingscoördinator. We zagen hem niet vaak, alleen als er iets bijzonders was. Als hij je kwam halen betekende dat meestal niet veel goeds. Hij stopte bij ons lokaal. Hand op de klink, deur open. Zijn ogen gleden door de klas. De klas wachtte af. Wie nu? ‘Friso, loop je even mee?’

Verhaal van Friso (29 jaar)


De heer Hove zei verder niets en leek niet boos. Hij leek eerder.... verdrietig. Ik begreep er niks van. Hij probeerde het ijs te breken. ‘Hoe is het met je, Friso?’

‘Eigenlijk wel goed’, zei ik. We liepen in stilte verder. Toen we bij zijn kamer waren deed hij de deur open en duwde hij me zachtjes over de drempel. In de kamer zag ik mijn voogd zitten, maar het kwartje viel nog niet. Wat was dit? Mijn hart bonsde in mijn keel. Mijn voogd zuchtte diep. Meneer Hove was ook gaan zitten. Ik was de enige die nog stond, midden in de kamer. Mijn voogd nam het woord. ‘Friso, zoals je weet gaat het al langer niet goed thuis.’ Ik slikte moeilijk en ontweek de blikken. ‘Omdat het niet beter wordt hebben we besloten om jou uit huis te plaatsen’.

Dit is een deel van hoofdstuk 1 uit mijn boek, ‘ Uit Huis’. 

De ene dag woonde ik thuis en was ik kind, de volgende dag was ik ‘uit huis geplaatst’ en was ik client. Mijn moeder was een lieve vrouw, ik heb me altijd ‘gewenst’ gevoeld maar zij kon, althans zonder hulp, niet goed voor mij zorgen. Nu ik zelf werkzaam ben in de zorg ben ik me voortdurend bewust van de verlammende emoties en de steriele leefomgeving die ik heb ervaren in de jaren dat ik uit huis geplaatst was. Hoe kan iemand zich in zo’n omgeving ontwikkelen tot een goed functionerende warme en gelukkige volwassene die later zelf ook in staat is een kind op te voeden? Niet dus! Gelukkig heb ik op het juiste moment in mijn leven ook ervaren hoe het wel moet. Basisvoorwaarde is dat je je als kind goed voelt. Aan registraties, ontwikkelplannen en verantwoording heb je als kind niets. Door mijn eigen uithuisplaatsing heb ik onbewust een visie op begeleiding ontwikkeld. Waar ik voor zou willen pleiten, althans als er geen ernstige gedragsproblemen in het spel zijn, is het volgende:

Maak geen plan en stel geen doelen op basis van eigen percepties, maar volg de ontwikkeling van het kind. Stel daar je plan op af, probeer het kind te zien en wakker te zijn. Ieder kind is anders. 

Laat je vakkennis op de achtergrond en wees vooral een begeleider met een warm hart. Probeer het kind aan te voelen. 

Maak sfeer, net als thuis. Geef erkenning, net als aan je eigen kinderen. Creëer kansen om talenten te ontwikkelen. Zoek daarvoor naar een goed netwerk, net als je voor je eigen kinderen zou doen. Focus je niet altijd op de behandeling, gewoon mee doen is veel belangrijker. Het is echt heel simpel, maar we maken het met elkaar soms zo moeilijk.

Voor Friso's volledige biografie kun je kijken op www.uithuis.com

Geef je reactie!

Je reactie is niet openbaar en we delen niets op social media.

Verhalen met thema

Alle onderwerpen

Nieuwsbrief

Invalid Input
Invalid Input
Invalid Input